We maken gebruik van cookies

Accepteer

Ondernemers Podcast Installatiebranche: Henk van Walraven

VANTHUL Installatie ondernemers podcast openings interview Henk van Walraven

Ik had de eer Henk van Walraven te mogen interviewen. Ik had een goed gesprek met hem over ondernemerschap, de uitdagingen van Van Walraven, de groothandel in infra- en installatiematerialen, het succes van de onderneming en de belangrijkste lessen die hij tot nu toe geleerd heeft van zijn ondernemerscarrière. Ik wens jullie veel plezier toe bij het luisteren van deze podcast. 

Klik hier om de podcast te openen in Spotify

Klik hier om de podcast te openen in iTunes



 

Interview tussen Gerd van ’t Hul en Henk van Walraven

Vandaag hebben we een interview met Henk van Walraven. Onlangs uitgekozen tot ondernemer van De Ronde Venen. Henk is ondernemer sinds 1994 en hij heeft sinds 2011 de leiding van de gebroeders van Walraven. 

Podcast met Henk van Walraven

[Gerd van ‘t Hul]: Voor de mensen die van Walraven nog niet kennen; Zou je wat willen vertellen over wie jullie zijn en wat de geschiedenis is van de onderneming ?

[Henk van Walraven]: van Walraven is een groothandel en we noemen onszelf groothandel infra- en installatiematerialen. Inmiddels zijn er nogal wat productgroepen aan toegevoegd om maar te noemen, persoonlijke beschermingsmiddelen en werkkleding. En dat is voor veel meer doelgroepen interessant dan alleen maar de infra- en de installatiemonteur.

De historie is dat mijn vader met een aantal broers een groothandel is begonnen en ze begonnen met PVC; PVC- buizen en fittingen. PVC heb je in kleine diameters en grote diameters. De kleine diameters worden meer bij de installateur gebruikt voor rioolwaterafvoer in woningen of in utiliteitsgebouwen en de grotere diameters worden meer in de infra gebruikt voor wegenbouw, hoofdriool, duikerbuizen en andere toepassingen.

Vanuit die historie, dat we met het PVC begonnen, is nu nog steeds bij ons een verschillend doelgroep van installateur in infra-aannemer. Dat geldt nu nog steeds.

Wij werken momenteel met ruim 250 medewerkers vanuit 12 locaties, met het hoofdkantoor en distributiecentrum in Mijdrecht.

[Gerd van ‘t Hul]: En dat distribueert voor de hele regio ?

[Henk van Walraven]: Dat distribueert voor Nederland; het is eigenlijk zo dat op iedere locatie/ vestiging wij transport hebben. Dat is een beetje anders dan andere groothandelaren dat georganiseerd hebben. Wij vinden het belangrijk om dat per vestiging te doen, want dan zijn wij heel flexibel in het bedienen van de klanten.

Het komt voor dat een klant om 10 uur ’s ochtends belt en die zegt “Ik ben vergeten een rol dakbedekking te bestellen, maar ik sta al hier op het dak. Kun je nog even brengen? ”

Wij kijken dan in de route en dan zeggen wij ” Auto , je moet even terugkomen. Rol dakbedekking brengen naar de klant.” Dat gaat hij dan doen met zijn route. Dat vinden wij heel waardevol om te kunnen leveren aan de klant. Verder doet Mijdrecht vaak de grotere bestellingen qua volume of als het qua afstand ver bij één van de andere locaties vandaan geleverd moet worden.

[Gerd van ‘t Hul]: Oke, interessant. Mooi.

Heel onlangs hebben jullie een overname gedaan; stond in de pers. Jullie hebben Geurts – Janssen Habraken overgenomen in Schijndel en Venlo. Kun je vertellen over de achterliggende strategie daarvan?

[Henk van Walraven]: Ja, dat wil ik wel doen.

Het bedrijf, de directie van het bedrijf, kwam bij me langs of het interessant zou zijn voor ons en wat voor ons, onze strategie werkt. Dat wij meerdere locaties in het land hebben waar installateurs eenvoudig en snel materialen kunnen afhalen. Zelfs in deze tijd van internet leveringen en alles binnen 24-uur geleverd, komt het nog heel vaak voor dat een installateur of een aannemer aan het werk is en die komt in een situatie terecht die tóch anders is dan die had verwacht. En dat heeft hij snel spullen nodig óf mensen die het fijn vinden om ’s avonds de bus met spulletjes even vol te laden voor de volgende dag. De volgende dag gaat de installateur meestal 7 uur alweer op pad, aan het werk. Dan heeft hij alles voorbereid, zonder dat hij hoeft te wachten op een andere bestelling. Dus wij vinden het heel waardevol en zinvol voor onze klanten om lokaal zoveel mogelijk vestigingen te hebben waar we binnen een reisafstand, dat is een beetje lastig, maar een minuut of 25 dat de installateur daar naartoe kan rijden en zijn materialen daar kan afhalen. Je hoort me al zeggen, de tijd van 25 minuten. Dat betekent dat er voor ons nog heel wat witte vlekken zitten in de landkaart van Nederland. Ons idee is ook om daar nog mee verder door te gaan, met het uitbouwen van het aantal vestigingen.

[Gerd van ‘t Hul]: Oké. Ja, zo een overname. Dat lijkt mij heel erg ingewikkeld. Waar loop je vooral nog tegen aan ?

[Henk van Walraven]: De uitdaging hier was dat de organisatie verweven was met het moederbedrijf, dat is een grote staalhandel in Venlo. Dus de administratie was verweven. De mensen die de administratie deden, die de facturaties deden, dat zit heel erg in elkaar verweven. Dus dat was niet losstaand. Dat is nu een grote uitdaging om de administratie uit de andere administratie te trekken om computergegevens naar ons eigen ERP systeem te halen. Daar zit nu heel veel werk in. Dat is nu achteraf eigenlijk een grote uitdaging in het traject van “gaan we de overname wel of niet doen”. Daarvoor zaten eigenlijk niet zo heel veel uitdagingen.

[Gerd van ‘t Hul]: Zijn vooral wat technische problemen nu, met de administratie. Kan ik me wat bij voorstellen.

[Henk van Walraven]: Klopt.

[Gerd van ‘t Hul]: Komt het ook wel voor dat de mensen die daar werkten, Geurts Habraken, en die willen hier niets van horen. ***6:08

[Henk van Walraven]: Ja , klopt.

[Gerd van ‘t Hul]: Kun je daar wat over vertellen ?

[Henk van Walraven]: Dat is natuurlijk voor de medewerkers, want voor ons is het van belang dat de klanten zich prettig voelen bij ons. Want voor hen is het een verandering en zeker ook voor de medewerkers. Sommige medewerkers werken al -ik heb een getal gehoord van één van de medewerkers- al 38 jaar bij het familiebedrijf Geurts – Janssen en voor hen is dat een behoorlijke overgang. Van wat is er nu aan de hand en wat kunnen wij nu verwachten en wat is dat voor een bedrijf, die van Walraven.

En dat is voor hen spannend en dat is eigenlijk voor ons ook wel spannend. Wij denken dat zij natuurlijk veel beter bij ons af zijn dan waar ze zaten. Maar goed, dat is omdat wij naar onszelf kijken. En wij willen dan heel netjes en zorgvuldig met hen omgaan en vertrouwen geven en bewijzen dat ze aan ons een goede werkgever hebben.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja,nou. Ook één van de redenen waarom je “Ondernemer van het jaar” verkiezing hebt gewonnen, was toch ook dat jullie heel goed medewerkersbeleid hebben, personeelsbeleid hebben.

[Henk van Walraven]: Dat is inderdaad door de jury genoemd en dat was een groot compliment. En nou, laten wij hopen dat het voor deze nieuwe medewerkers ook zal gelden.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja, want dat personeelsbeleid, dat is ook één ding wat jullie onderscheid ten opzichte van andere.

[Henk van Walraven]: Wij vinden het eigenlijk gewoon, maar het is toch wel leuk om te horen dat andere mensen dat  toch als wat minder gewoon waarderen. Wij hebben mensen met een afstand tot arbeidsmarkt in dienst. Wij vinden het eigenlijk niet meer dan normaal en eigenlijk ook wel heel erg leuk. Het is nu zelfs vreemd dat de mensen als zodanig gekwalificeerd moeten worden, want zij hebben een zeer waardevolle bijdrage voor het bedrijf. Al is het maar in sfeer – één van de jongens die wat moeilijker wat werkzaamheden kan verrichten, maar een ontzettend vrolijke jongen die heel veel plezier bij heel veel andere collega’s brengt -. Dat wordt enorm gewaardeerd. Dat was één van de redenen.

Een andere reden is, maar dat is ook eigenlijk ook voor onszelf niet om nou mensen te helpen, maar wij hebben heel veel flexwerkers in dienst. Oproepkrachten; dat zijn schooljongens en- meisjes vanaf 15- 16 jaar, die komen bij ons orders verzamelen. Dat doen zij vanaf een uur of 2 – 3, wanneer het bij ons echt druk wordt in het magazijn. Dat alle orders binnenkomen en klaargezet moeten worden. Dat is een hele leuke club met jonge mensen die dan 2 – 3 dagen in de week de orders verzamelen. Voor ons is dat leuk, want wij kunnen op heel natuurlijke wijze zien – hey dat is iemand die werklust heeft, die neemt zijn werk serieus- of iemand die iedere keer te laat is. Dat zijn vaak jongens en meisjes die gaan studeren of een bepaalde opleiding volgen waar we als bedrijf misschien wat aan hebben. En op die manier hebben wij al een aantal mensen die bij ons flexwerk hebben gedaan, hebben al binnen onze gelederen weten te krijgen, en die nu een heel leuke baan bij ons hebben.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja, wat leuk. Ze hebben eigenlijk al geproefd aan de sfeer en uiteindelijk als zij die opleiding klaar hebben dan kunnen ze aan de slag.

[Henk van Walraven]: Dan kunnen ze blijven en dan doen ze soms ook een stage-opdracht bij ons. En dan denken zij van dat is leuk en wij hebben dan ook al een beetje kunnen zien van – goede jongen, goed meisje- die kan wel wat doen voor ons. En zo hebben we wel vaker wat mensen aangenomen.

[Gerd van ‘t Hul]: Oke, mooi. We hebben wel al een stukje gehad over het personeelsbeleid, de medewerkers. Wat is dan heel belangrijk geweest voor het succes van van Walraven de afgelopen jaren. Het is het best wel een oud familiebedrijf.

[Henk van Walraven]: Klopt, Ja, wij hebben dit jaar het 50 jarig bestaan gevierd. Afgelopen weekend zijn wij met alle medewerkers op pad geweest. Het was erg gezellig.

Maar wat nou het succes is geweest, dat is altijd lastig te zeggen, van jezelf of van je eigen bedrijf. Wat wij belangrijk vinden is dat medewerkers zich veilig voelen bij ons en dat zij plezier hebben in hun werk. Want als zij er plezier in hebben dan heb ik het ook.

En natuurlijk moeten we hard werken, de concurrentie zit bij ons ook niet stil. Het is een zeer competitieve markt en wij moeten hard werken om succes te hebben. Maar met elkaar is het gelukkig wel gelukt.

[Gerd van ‘t Hul]: Mooi. En voor de toekomst he, je hebt het over die competitieve markt gehad. Wat zien jullie als de belangrijkste ontwikkelingen voor van Walraven?

[Henk van Walraven]: Wat bij ons de afgelopen jaren heel goed heeft gewerkt, is dat wij een aantal dealerschappen wat wij hebben van installatiematerialen fors hebben kunnen uitbreiden. Mede dankzij, zelfs ondanks de crisis toen, ging het zelfs makkelijker omdat fabrikanten in ons een degelijk en serieuze partij zagen. Dus ons assortiment is fors uitgebreid en er gaat natuurlijk geen dag voorbij dat wij geen nieuwe artikelen opnemen. En wij proberen daarmee de populaire term “one stop shop” gedachte, voor de installateur. Dat de installateur bij ons eigenlijk alles kan kopen wat hij voor zijn werk nodig heeft. Dat is goed geweest en er zijn nog heel veel assortimenten en producten die wij niet voeren. Daar ligt voor ons dus de uitdaging om dat verder uit te bouwen en nóg meer op te nemen.

[Gerd van ‘t Hul]: En hoe selecteer je dan de producten die je wel en niet wilt doorvoeren ?

[Henk van Walraven]: Eigenlijk is dat vraaggestuurd. Wat klanten willen, dat gaan wij proberen.

[Gerd van ‘t Hul]: Hoe weten jullie wat de klanten willen ?

[Henk van Walraven]: Ik hoop dat wij dat goed horen van hen. Wij horen dat o.a. door de balie verkopers op de 12 vestigingen. En door accountmanagers die dag in dag uit bij de klant op de stoep staan, aan tafel zitten, projecten bespreken. Dat zijn 15 accountmanagers; nou dat moeten we vaak filteren van wat is nou wel interessant en wat is nou niet interessant. Want er worden ook wel dingen gevraagd die we niet opnemen. We denken nou, dat is toch te branchevreemd. Maar we doen bijvoorbeeld ook koffie,thee en suiker voor op de bouwkeet. Dan denk je, ja dat is een heel vreemd product eigenlijk. Maar als je denkt van “dat wordt op de keet, dat wordt op de bouwplaatsen gebruikt.” dan is het eigenlijk wel slim dat we dat wel kunnen leveren.

[Gerd van ‘t Hul]: Soort van een meepakker net als bij de supermarkt.

Oke, interessant. Hoe kijk je aan tegen nieuwe ontwikkelingen dan in de installatiebranche als de internetafnemers. We moeten eens van het gas af.

[Henk van Walraven]: Ja van het gas af; dat is wel een heel actueel thema natuurlijk.

De dagbladen staan er vol mee. Vanmorgen las ik de Cobouw van gisteren. Cobouw is een dagblad voor de bouw. Nou, daar wordt ook over gesproken. Woningen die gebouwd worden van het gas af. Dat gebeurt ook al. Heel concreet natuurlijk. Nu al een tijdje en er komt een wettelijke verplichting dat het echt niet meer mag. Nog een tijdje is er een overloop regeling dat het in sommige situaties dan wel mag. Maar het gaat wel echt gebeuren. Door die wetgeving moet men ook wel. Waarom moet men ? Omdat men commercieel, financieel, zitten er nog nadelen eraan. Het is duurder, tenminste als ik naar de huiseigenaar en naar de installateur kijk die een installatie moet aanleggen, is het duurder. Ik kan niet goed beoordelen voor het aanleggen van een gasnetwerk. Zover reikt mijn scope niet. Dat is niet mijn vak.

Maar dat is wel een ontwikkeling die gaande is en dat voor heel veel installateurs dus betekent dat ze zich moeten bekwamen en ook voor ons heel veel kennis moeten opdoen over warmtepomptechniek. Want dat lijkt het beste alternatief voor woningen op gas. En er zijn verschillende types en verschillende soorten in en ook zal wel blijken na een aantal jaren dat sommige systemen wat minder goed werken dan andere systemen. Maar dat is voor de installateur en voor ons wel een uitdaging ja.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja, en hoe gaan jullie dan om met die uitdaging ?

[Henk van Walraven]: Wij proberen met fabrikanten, want die hebben toch wel de kennis in huis, proberen wij ons zelf te scholen. Onze accountmanagers gaan op training. Wij gaan het assortiment aanpassen en we praten heel goed met onze installateurs. Wat zij tegenkomen op de projecten. Waar zij behoefte aan hebben. Dat proberen wij in te vullen.

[Gerd van ‘t Hul]: Oké. Maar is dat in georganiseerd verband of doen jullie dat als een accountmanager langsloopt, wordt dan gesproken  met die installateur ? Hoe pakken jullie dat aan ?

[Henk van Walraven]: Nee, dat doen we op verschillende manieren. Wij proberen die kennis eerst zelf in huis te halen. Dan is het inderdaad op individueel gesprek. Als een klant informatiebehoefte heeft, gaat de accountmanager heen. Eventueel met of zonder de fabrikant erbij. Onlangs hebben wij een training georganiseerd. Dat ging in dit geval over het waterzijdig inregelen van cv installaties. Kun je beter inregelen zodat je energiezuiniger kunt werken. En zoiets stel ik me ook voor dat wij op het gebied van warmtepompen ook gaan organiseren voor onze klanten.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja, die educatie dan..

[Henk van Walraven]: Ja, heel belangrijk.

[Gerd van ‘t Hul]: Ok mooi, interessant.

Dan zit ik op tal van andere technologische ontwikkelingen, daar hebben dan ook organisatie mee te maken. Kun je iets vertellen hoe jullie daar mee omgaan ?

[Henk van Walraven]: Wij als organisatie ?

[Gerd van ‘t Hul]: Moet je eens denken aan IT of..

[Henk van Walraven]: Ja daar zo proberen wij bijna voorop te lopen.

Wij hebben nu een ontwikkeling ingezet. Dat is geen nieuwe techniek, maar dat is voor ons wel nieuw. Dat is dat wij al onze materialen die het magazijn binnenkomen en uitgaan, gaan scannen. Dat doen we nog niet. Daar zit voor ons een stukje efficiency verbetering in en een stuk kwaliteitsverbetering. Het is een beetje een lastig proces, omdat als je ziet hoe divers onze materialen zijn die wij leveren, van grote diameters buizen van 800 mm, 80 cm tot 1 meter buizen. Die zijn heel erg zwaar.

[Gerd van ‘t Hul]: Daar zouden niet allemaal streepjescode op kunnen staan.

[Henk van Walraven]: Dat staat er niet allemaal op. En tot hele kleine schroefjes en moertjes die soms per stuk geleverd worden. Dus daar lopen we tegen wat uitdagingen aan en ook om het systeem wat we gaan gebruiken, het WMS systeem te koppelen aan ons ERP systeem .

[Gerd van ‘t Hul]: Wat is een WMS systeem ?

[Henk van Walraven]: Een WMS systeem is een warehouse Management Systeem om de voorraden en verplaatsingen binnen ons magazijn goed te monitoren en ook om het juiste artikel op voorraad te hebben.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja en daardoor kun je ook sneller aan je klanten laten weten wat op voorraad is.

[Henk van Walraven]: Ja klopt.

[Gerd van ‘t Hul]: Waardoor je dan ook sneller gaat kunnen leveren.

[Henk van Walraven]: Ja klopt. En ook de alternatieven. Als we een bepaald artikel niet hebben, wat een gelijksoortig artikel of wat erop lijkt waar een klant mee geholpen zou kunnen zijn; dat staat bij ons allemaal op de webshop. Onze voorraad staat ook op de webshop. Per vestiging kan iedereen inzien waar wat ligt.

[Gerd van ‘t Hul]: Er wordt er ook veel gebruik gemaakt van de webshop ?

[Henk van Walraven]: Ja, zeer veel. Er zijn ook heel veel koppelingen met systemen van installateurs die hun eigen calculatiesysteem hebben en dan van daaruit direct bij onze voorraad kunnen kijken en kunnen bestellen.

[Gerd van ‘t Hul]: Oké. Dus daar wordt ook heel veel gebruik van gemaakt, begrijp ik .

Waar zitten de voordelen aan voor die installateur ?

[Henk van Walraven]: De voordelen zitten er bijvoorbeeld in: hij kan zien of het op voorraad is. Dus hij weet of die zijn werk kan maken de volgende dag.

[Gerd van ‘t Hul]: Dus zij gaan dus efficiënter kunnen gaan werken.

[Henk van Walraven]: Ja, zeker. Zo kunnen ze ook kijken. Er is natuurlijk een nadeel. En daar zit er gevaar, een uitdaging voor ons. Stel eens voor dat wij een artikeltje niet op voorraad hebben en de installateur kijkt bij ons en hij ziet dat het niet op voorraad is, dan zou het kunnen dat hij bij een andere groothandel gaat bestellen.

Maar wij hebben een toch zodanige voorraad dat wij er vertrouwen in hebben dat het wel bij ons besteld wordt. En dat gebeurd dus wel. Daardoor zou een installateur, als hij er gebruik van maakt, sneller kunnen bestellen. En het scheelt, want voorheen was die informatie er ook wel maar dan moest de installateur even bellen. Heb je het op voorraad liggen ? Dat hoeft dan niet meer.

[Gerd van ‘t Hul]:  Het kost ook veel minder klantbesteding aan jullie kant. Wat minder mensen in dienst die de telefoon kunnen aannemen.

[Henk van Walraven]: Ja, aan twee kanten.

[Gerd van ‘t Hul]: Alright, mooi.

Dan komen we bij, ja, ik vind het wel een heel gemene vraag om te stellen. Omdat iedere ondernemer heeft wel een verhaal van een grote flop. Dus ik wil eigenlijk ook aan jou vragen of je verhaal paraat hebt over iets wat echt niet goed gegaan is en vooral wat heb je ervan geleerd. En hoe te voorkomen dat andere mensen dezelfde fout maken.

[Henk van Walraven]: Heb ik daar een voorbeeld van ?

[Gerd van ‘t Hul]:: Nou ik wil om te beginnen wel een eigen verhaaltje vertellen om het wat makkelijker te maken.

[Henk van Walraven]: Ja, ga je gang.

[Gerd van ‘t Hul]: Nou, ik wil best wel vertellen over ons kantoor. Een accountantskantoor. Een voordeel van een accountantskantoor is dat je ook in het jaar terug kan werken. Dus dat is hartstikke mooi. Er was wel een periode vanaf 2008, die hebben later de crisis gedoopt, dat het minder goed ging met de bedrijvigheid in Nederland. Alleen voor accountantskantoren was het heel gek. Eigenlijk in 2008 liep de omzet omhoog en in 2009 liep de omzet er door heen**21:00

En dan liep onze organisatie een groot probleem. Dat was dat wij een achterstand hadden. Een achterstand betekent dat je tijdelijk meer werk hebt dan je aankan. Het moment dat wij het besluit hadden genomen om de achterstand weg te werken en om dat te doen met vaste mensen, want w ezouden toch wel doorgroein **21:37. Dat was ongeveer 2008.

Maar wat gebeurde er in 2010, dat was toen de crisis echt binnenkwam dat opeens 3 klanten failliet gingen. En dat kost zowel debiteuren als ons , werkt aan twee kanten. Dat was minder interessant. Vervolgens zaten we midden al die mensen. Die moesten we ontslaan, heel pijnlijk proces voor ons. Hebben we heel veel van geleerd. We zorgen er nu voor dat de planning en alles op orde is. Geen achterstand meer. En we weten op elk moment wie wat onder handen heeft en wat die voor een maand, een week of een kwartaal gaat doen. Maar dat is dan 1 van de leerpunten die wij daaraan gehad hebben.

[Henk van Walraven]: Ja dat is een opwarmer voor mij. Ik heb wel iets niet goed gedaan. Op een gegeven moment kwamen overal webshops. Webshops dat is de toekomst en dan moet je investeren en daar moet je mee aan de gang gaan. Nou, wij hadden al onze eigen  van Walraven website en webshop. Bij ons is de webshop zodanig dat je je moet aanmelden als relatie, als klant. Dan krijg je een inlogcode en een wachtwoord terug. Dan kunnen we misschien ook nog over de prijsafspraken hebben. Ik heb een webshop gehad waarbij iedereen die maar wilde, kon bestellen en afrekenen via iDeal. En dat was een bepaald deel van het assortiment. En daar hebben we best wel veel geld,tijd een aandacht in gestopt, maar dat leek toch wel moeilijker dan het was. Want ik denk van nou ik ben groothandel. Wij kunnen dat makkelijk verkopen en versturen en dat krijgen we wel voor elkaar. Maar om dat heel goed te doen en om een succesvolle webshop te hebben, moet je toch wat meer  verstand en toch wat meer idee hebben; dan moet je echt in het vak van webshopverkoop zitten. Wij zaten en zitten veel meer in het vak van materialen leveren aan de installateur, aan de vakman.

[Gerd van ‘t Hul]: En is dat in een andere vak dan ?

[Henk van Walraven]: Wat wij merkten met de webshop is dat je heel snel verleid wordt of gaat om zoveel mogelijk particulieren ook te leveren. Wat kregen we? We kregen op een gegevens moment, veel maar heel kleine bestellingen. Bestellingen van 20 euro. Wij hadden nog een idee. WIj gaan ons onderscheiden van ieder ander, wij doen het gratis.

De levering gratis en retour gratis.

Je krijgt dan heel veel werkzaamheden eraan. Dan ga je je laten verleiden door je prijzen aanpassen aan anderen, want je wilt toch de goedkoopste of bijna de goedkoopste zijn. Dan ga je met andere partijen werken waar je je materialen plaatst, zodat zij het voor je gaan verkopen. Nou, die doen het ook niet voor niets. Punt 1 stond de marge erg onder druk en het rendement

[Gerd van ‘t Hul]: Wat voor artikelen waren dat dan ?

[Henk van Walraven]: Dat waren bijvoorbeeld, nu zeer actueel vandaag-het is droog- , tuinsproeiers.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja, ja, Echt artikelen voor de particulieren.

[Henk van Walraven]: Ja, echt een beetje voor de particulier gericht. En daar zijn we twee jaar;  hebben we best veel tijd en aandacht in gestopt. Maar op een gegeven moment hebben wij het besluit moeten nemen om ermee te stoppen. Nou, is dat nou écht een mislukking ?

Het is goed om het te proberen, maar uiteindelijk hebben we leergeld ermee betaald.

[Gerd van ‘t Hul]: Wat is nu het belangrijkste punt wat je daarvan geleerd hebt ?

[Henk van Walraven]: Dat wij dat niet meer moeten gaan doen.

[Gerd van ‘t Hul]: Dus niet meer de zalando worden van tuinsproeiers

[Henk van Walraven]: Nee. Wat wij wel doen is dat wij die materialen aan andere; We hebben een aantal van dat soort partijen wel als klant. Maar zij mogen proberen om hun eigen klanten te bedienen en om de aftersales te doen. Zij mogen best bij ons bestellen, dat wij het transport doen en het afleveren. Maar daar blijft het dan ook bij.

[Gerd van ‘t Hul]: Oké.

[Henk van Walraven]: Dat is natuurlijk wel een rol voor ons en een functie. Wij zijn groothandel. Wij bestellen bij heel veel Nederlandse fabrikant, buitenlandse fabrikanten. Ook wel aardige volumes. En dan kunnen wij dat wel uitventen aan partijen in Nederland. Onze grootste toegevoegde waarde vind ik wel de breedte van het assortiment. Als je allemaal unieke artikelen tegen een bepaalde prijs moet leveren; allemaal ordertjes van één regel. Dat is niet helemaal waar wij op ingericht zijn. Een combinatie van het assortiment en de diversiteit aan materialen; dat zijn wat ik al zei, lengtes van 5 meter- 6 meter, grote rollen, maar ook heel kleine artikeltjes. Daar ligt onze kracht.

[Gerd van ‘t Hul]: Oké, mooi. Ja, maar jullie leveren ook heel veel aan installatiebedrijven. Daar hebben wij het  hier ook over gehad. En voor de installatiebedrijven op zich, wat zie jij  als de belangrijke ontwikkeling in de installatiebranche ?

[Henk van Walraven]: Daar zijn er voor zover ik het kan zien. Maar ik denk, één van de dingen, is de ontwikkeling van het gas af.

Ketelonderhoud, ketelvervanging dat wordt vervanging voor een warmtepomp, denk ik. Dat is er 1.

Wat je nu ook ziet en hoort is dat er heel veel tekort is aan technisch personeel. En dat is voor de installatiebedrijven met meer dan één medewerker is dat wel een grote uitdaging – van hoe krijgen we mensen die geïnteresseerd zijn om installateur te worden-.  En soms heeft het installatievak een wat mindere naam, -vertel maar op een verjaardag wat je zoon of je kind gaat doen- dan vertel je misschien over het algemeen wordt gezegd, hoe hoger de opleiding hoe beter en ook zo van “dat is knap !” .

Maar als iemand wat met zijn handen kan maken, dat is net zo knap. Want die vaardigheden, die heb ik niet.

Maak maar een installatie en zorg maar dat de ketel het goed doet en dat je optijd je warm water hebt en dat je verwarming het goed doet op het moment dat je het wilt en dat je thermostaat is aangesloten en dat.. Dat is nou echt een vak !

En doe dat maar. Mensen zouden daar wat meer respect voor mogen hebben.

Maar hoe krijg je nou meer technische mensen, dat is een uitdaging.

Ik ben zelf betrokken bij de Technic Amstel**28:35 in Veenen.

Dat is een stichting voor iedereen in Veenen en proberen wij technische vakken met een aantal branches: de autotechniek, robotica, bouwtechniek, installatietechniek, agritechniek. Proberen wij jongelui te interesseren voor techniek. En één van de dingen die wij daarbij doen is de techniek 3-daagse, in november gaat die weer plaatsvinden. Dan nodigen wij kinderen uit van basisscholen, groep 7-8 , voortgezet onderwijs eerste jaar. Die kunnen allerlei leuke technische zaken maken, er zijn workshops. En ja, dat is één van de activiteiten die wij met elkaar proberen te ontplooien om te zorgen dat de techniek bij de jongelui al vroeg tussen de oren zit en laten wij hopen dat zij daarna voor technische beroepen kiezen.

[Gerd van ‘t Hul]: Zijn er ook installateurs die daar mee helpen ?

[Henk van Walraven]: Ja, ja.

[Gerd van ‘t Hul]: Oke, zijn daar klanten van van Walraven.

[Henk van Walraven]: Ja, gelukkig zijn er een aantal klanten voor mij. Ik mag branche coördinator voor de installatietechniek zijn en er zijn zestal installatiebedrijven, elektrotechniek en cv -achtig en loodgieters technische bedrijven, die zitten bij elkaar. En dan proberen wij met heel veel vrijwilligers proberen wij hen te interesseren voor techniek.

[Gerd van ‘t Hul]: Dat is ook 1 kant hé om jongeren te interesseren voor techniek. Zijn er ook manieren waarop je met je huidige medewerkersbestand, dat je met je team meer zou kunnen doen ?

Efficiënter kunnen werken ? Voorzien jullie daarin ?

[Henk van Walraven]: Uhm ja. Dan denk ik gelijk aan het gebruik van installatiematerialen, waardoor je sneller zou kunnen werken. Vroeger had je soldeerfittingen, een koperen buis moest gesoldeerd worden. Nu zijn het rollen kunststof buizen. Je rolt de buis uit en het zijn fittingen, je steekt het in en het zit.

[Gerd van ‘t Hul]: Wordt dat veel gebruik ?

[Henk van Walraven]: Het wordt veel gebruikt. Het wordt heel veel gebruikt.

[Gerd van ‘t Hul]: Oké.

[Henk van Walraven]: En andere technieken om verbindingen te maken. Perstechnieken , die worden veel gebruikt.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja.

[Henk van Walraven]: Uitdagingen waar de installateur nog meer mee te maken krijgt zijn ontwikkeling op het gebied van automatisering, informatisering. Er zijn een aantal opdrachtgevers en ik denk dat dat steeds meer zal plaatsvinden dat gebouwen ontworpen gaan worden in een bepaald programma, dat noemen ze BIM, Building Information Modelling. Dat betekent dat wanneer je een tekening hebt van een huis, dat je helemaal kan inzoomen, een 3D tekening, maar dan eigenlijk met nog veel meer. Dat je precies kunt zien wat voor ventilatoren zitten boven het dak, wanneer is die onderhouden. Ik krijg een pop- upje als de filters schoongemaakt moeten worden. Ik heb een pomp in m’n kelder staan voor als die ooit onderwater komt te staan. Ik verzin iets. En dan kun je precies zien welke pomp dat is. Welk merk, welk fabrikaat, wanneer die onderhoud nodig heeft. En dat is natuurlijk voor een woning heel klein eigenlijk, maar voor een groot ziekenhuis is dat geweldig voor beheer en onderhoud, dat je dat soort informatie in 1 keer in een tekening hebt.

Het bouwen en het installeren in zo een model, dat is wel een uitdaging. Want je hebt veel meer vooraf voordat je  een project begint, ben je veel meer aan het ontwerpen en dingen aan het uitzoeken. En al die informatie die moet daarin gestopt worden, tijdens het bouwproces gaat het vaak veel makkelijker en veel sneller. Je kunt zogenaamde controles uitvoeren op elkaar – van hé ik heb hier een leiding lopen en ik kom opeens een stalen balk tegen. Dat is van tevoren, doordat ook de staalconstructeur dat heel netjes moet aangeven met welke maat en met welke schroefjes enz. kun je van tevoren dus heel goed zien, waar kun je tegen aan lopen. En dat is nu nog wel ’s wat lastig, waardoor je opeens je leidingtracé helemaal anders zou moeten maken. Dus in de uitvoering is dat veel makkelijker en daarna ook in het beheer en onderhoud. Dus dat is nog wel een uitdaging, ook voor installateurs, om dusver aan te schaffen en om te gaan ontwerpen in BIM.

[Gerd van ‘t Hul]:: Hebben jullie daar ook rollen in als van Walraven ?

[Henk van Walraven]: Ja, wij hebben er een kleine rol in. Wij hebben het ons ook eigen gemaakt. Wij hebben een aantal mensen die daarmee werken en wij proberen daar prefab delen uit te halen en dat moeten wij ook uit zo een BIM model halen. En volgens die specificatie, dan volgens die tekening moeten wij prefab delen aanleveren. Prefab delen zijn leidingsystemen die van tevoren bij ons in de werkplaats, een aparte prefab werkplaats hebben wij, in elkaar gemaakt zijn en dan als compleet deel naar de bouw gaan en in 1 keer opgehangen en geïnstalleerd kunnen worden.

[Gerd van ‘t Hul]: Dus er wordt efficiënter gewerkt.

[Henk van Walraven]: Er wordt efficiënter gewerkt op de bouw omdat het in 1 keer op de bouw op komt en niet meer allemaal als losse onderdelen dat je op de bouwplaats in weer en wind gemonteerd moet worden; dat is al in de werkplaats bij ons gedaan.

[Gerd van ‘t Hul]: Maken jullie klanten ook wel gebruik van prefab ?

[Henk van Walraven]: Niet allemaal.

Daar is nog heel veel te winnen voor de installateur.

[Gerd van ‘t Hul]: Oke, ook voor jullie.

[Henk van Walraven]: Ook voor ons ja, inderdaad ja.

[Gerd van ‘t Hul]: Misschien in de educatie..

[Henk van Walraven]: Ja klopt.

[Gerd van ‘t Hul]: Oké, interessant.

Ja, we zijn toe aan de laatste vraag. De laatste vraag gaat vooral over een levensles. Je bent nog heel lang bij ons, ga ik er vanuit, maar nou als je je kinderen niets anders zou kunnen nalaten behalve de belangrijkste levensles en dan vooral over ondernemerschap. Welke les zou dat dan zijn ? Wat zou je aan je kinderen willen nalaten ?

[Henk van Walraven]: Dat is een hele leukigheid. Maar ondernemen is eigenlijk het idee wat je hebt, moet je doen. Uitvoeren, oppakken, doen, begin! Ergens had ik het relatief makkelijk om te beginnen met een onderneming, want mijn vader had een onderneming en dan rol je erin. Neem je het over ? Ja of nee? Ja, oke, we nemen het over. Maar dan begint het pas eigenlijk.

Er zijn situaties van ja, wat moet ik nou?.

Dat je erover nadenkt. Ja, ik denk dat we het zo moeten gaan doen. Maar je moet het ook gaan doen. Er zijn nog heel vaak situaties dat ik denk van ja, ik wil iets bereiken. Pak het probleem of de uitdaging beet en doe het.

[Gerd van ‘t Hul]: Zou je dus minder over moeten nadenken en meer doen.

[Henk van Walraven]: Ja, er wordt vrij vaak op de studie ook geleerd van je kunt allerlei plannen bedenken en alle risico’s in kaart brengen en natuurlijk moet je er beetje over nadenken.

Maar uiteindelijk ben jij dan de ondernemer en moet je zeggen van we gaan het gewoon doen.

[Gerd van ‘t Hul]: Ja, ja..

[Henk van Walraven]: Dus dat is wat ik mijn kinderen zou meegeven. Oppakken en doen.

[Gerd van ‘t Hul]: Oké, mooi. Vind ik een heel mooie afsluiting, Henk. Dankjewel voor dit interview.

[Henk van Walraven]: Prima. Graag gedaan, Gerd.

[Gerd van ‘t Hul]: En misschien spreken we elkaar nog ’s.

[Henk van Walraven]: Ok, prima. Tot ziens.

Share: